Voor een bloeddrukmeting zal uw behandelend arts u naar de Functieafdeling verwijzen. Op deze afdeling gaan we gedurende een half uur uw bloeddruk meten.

Uw arts kan verschillende redenen hebben om uw bloeddruk te laten meten. Misschien zijn de eerder bij u gemeten bloeddrukwaarden op de grens van normaal en niet normaal. Het kan ook zijn dat uw bloeddruk normaal is wanneer u in rust bent. Terwijl bij uw huisarts of in het ziekenhuis uw waarden te hoog zijn als ze worden gemeten. In beide voorbeelden is het goed om gedurende enige tijd uw bloeddruk te meten, in dit geval een half uur. De uitkomst van dit onderzoek kan uw arts helpen bij het kiezen van de juiste behandeling.

U neemt plaats in een rustige ruimte, waar de laborant de bloeddrukmeter aansluit. Zorg voor kleding waarbij u uw mouwen gemakkelijk omhoog kunt schuiven. U krijgt een manchet om de arm die is verbonden met de bloeddrukmeter.

We doen eerst een proefmeting om te controleren of alles goed functioneert. En we meten de eerste keer aan beide armen. Aan de kant met de hoogste bloeddruk (tensie) wordt volgens de meting gedaan. Tenzij er een medische reden is hiervan af te wijken. We stellen het apparaat zo in dat het iedere 5 minuten een meting verricht, gedurende 30 minuten.

Daarna laten we u alleen. Enkele seconden voordat een meting begint, hoort u een pieptoontje. Probeert u dan de arm met de manchet te ontspannen en zo weinig mogelijk te bewegen. Na het pieptoontje wordt de manchet stevig opgepompt. Vervolgens loopt deze weer langzaam leeg terwijl de bloeddrukmeter uw bloeddruk bepaalt. Als de meting voltooid is, hoort u weer een pieptoontje.

De bloeddrukmeter meet elke 5 minuten automatisch uw bloeddruk en hartfrequentie. Deze meetgegevens slaat het apparaat op. Na afloop van het onderzoek lezen we de gegevens uit en analyseren we ze.

Het kan zijn dat er al eerder dan na 5 minuten weer een nieuwe meting begint. In dat geval is de voorgaande meting mislukt. Het apparaat probeert het dan opnieuw. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als u tijdens een meting teveel beweegt of uw arm niet voldoende ontspant.

  • Uw blaas moet leeg zijn. Gaat u daarom van tevoren even naar het toilet. 
  • Tijdens het half uur zit u alleen in een rustige ruimte. We verzoeken u rustig te zitten, niet te lezen en niet op uw telefoon te kijken. 
  • Voor eventuele calamiteiten krijgt u een noodbel. Daarmee kunt u de laborant waarschuwen.

Aan de bloeddrukmeting zijn geen risico’s verbonden.

De uitslag krijgt u van uw behandelend arts. Soms heeft u aansluitend een afspraak bij uw arts. Is dit niet het geval dan krijgt u een afspraak toegestuurd om de uitslag te bespreken.

Wij vinden het belangrijk dat u goed geïnformeerd bent over uw onderzoek. Heeft u hier na het lezen van deze tekst nog vragen over? Aarzel dan niet om deze aan de medewerkers van de Functieafdeling te stellen. U bereikt de Functieafdeling via telefoonnummer 088 - 066 1000.

Is met de informatie op deze pagina uw vraag beantwoord?
Wilt u ons helpen deze pagina te verbeteren?

Bedank voor het insturen van uw feedback