Voor het onderzoek krijgt u in de behandelkamer medicijnen toegediend. Dit gebeurt via een infuusnaaldje in de arm, dat tijdens de behandeling blijft zitten.

Deze medicijnen zorgen er voor dat u tijdens het onderzoek geen pijn hebt en wat suf wordt. Dit betekent niet dat u onder narcose bent. U bent tijdens het onderzoek bij bewustzijn en kunt opdrachten uitvoeren.

Wij verzoeken u voor het onderzoek geen nagellak of kunstnagels te dragen en eveneens geen ringen en horloges.

Tijdens het onderzoek krijgt u een soort knijpertje aan uw vinger. Hiermee worden uw hartslag en het zuurstofgehalte in uw bloed gecontroleerd. Ook krijgt u, indien nodig, extra zuurstof  toegediend  via een dun slangetje in uw neus.

Na het onderzoek wordt u met een brancard naar de uitslaapkamer teruggebracht.

Door de medicijnen die u krijgt komt het voor dat u zich na het onderzoek de eerste paar uur niet veel herinnert.

In het algemeen kunt u na minimaal 1 uur na het onderzoek weer naar huis. U mag deze dag niet zelfstandig deelnemen aan het verkeer (niet autorijden, fietsen of rijden met uw scootmobiel).

Patiënten mogen na een bronchoscopie 1½ à 2 uur niet eten.

De rest van de dag kunt u nog wel wat slaperig zijn.