Binnenkort komt u met uw kind bij ons voor een operatie. De operatie, die uw kind zal ondergaan, wordt navelbreukoperatie genoemd. Voor kinderen is een ingreep geen kleinigheid. Daarom is het van belang dat u uw kind goed voorbereidt door zo eerlijk mogelijk en duidelijk te vertellen wat er gaat gebeuren. Uw kind zal dan waarschijnlijk de ingreep als minder akelig ervaren en deze beter kunnen verwerken. Om uw kind te kunnen voorbereiden is het van belang dat u zelf goed geïnformeerd bent over de operatie. Hieronder vindt u informatie over navelbreukoperatie. Verder hebben wij voor u ook een aantal leefregels voor thuis op een rij gezet. Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, aarzelt u dan niet om contact op te nemen met uw behandelende arts.

Een navelbreuk is een uitstulping van het buikvlies door een opening (breuk) van de buikwand in de navelstreek. Bij de operatie zal die uitstulping verwijderd worden en wordt de opening gesloten. Uw kind wordt daarbij onder narcose gebracht.
Hoe lang de operatie ongeveer gaat duren, hoort u van de chirurg.

Na de operatie is er, net als bij iedere operatie, kans op complicaties. Het risico wordt bij deze ingreep met name gevormd door de kans op een nabloeding. Juist bij deze operatie is een normale bloedstolling erg belangrijk.

Geeft u uw kind daarom vanaf twee weken voor de ingreep geen aspirine of andere medicijnen die acetylsalicylzuur bevatten, zoals Aspro of Sinaspril. Deze medicijnen kunnen de bloedstolling nadelig beïnvloeden en geven daardoor een verhoogde kans op nabloedingen.
Na de operatie kunt u het beste gewoon een Paracetamol zetpil of tabletten geven.

Het is handig om van tevoren een aantal dingen te regelen voor na de ingreep:

  • Paracetamol
    Na een operatie voelen kinderen zich vaak niet lekker. Zorg dat u alvast Paracetamol tabletjes of zetpillen voor uw kind in huis heeft.
    De dosering is afhankelijk van de leeftijd van uw kind. Voelt uw kind zich eenmaal thuis niet lekker, dan kunt u een Paracetamol volgens bijsluiter geven. Omdat kinderen na de operatie vaak moeite hebben met slikken, adviseren wij een zetpil in plaats van een tabletje. 

  • Eigen vervoer
    Bij de voorbereidingen hoort ook het regelen van het vervoer naar huis. Wij adviseren om u en uw kind op te laten halen met de auto. U kunt dan met uw kind achter in de auto zitten, omdat uw kind mogelijk door de narcose of ingreep kan braken. 

  • Hygiënische maatregelen
    Oorbellen, piercings of andere sieraden moeten voor de operatie af. Ook mag uw kind geen nagellak op de vingers of tenen hebben. Voor ouder(s) die hun kind begeleiden naar de operatiekamer, is het dragen van sieraden eveneens niet toegestaan.
  • verzekeringsgegevens van uw kind; 
  • geldig identificatiebewijs van uw kind; 
  • een niet-knellende broek (zoals een joggingbroek); 
  • medicijnen die uw kind dagelijks gebruikt; 
  • de knuffel of ander vertrouwd speelgoed; 
  • een schoon gewassen pyjama om tijdens de operatie te dragen; 
  • handdoek of plastic zak voor de terugweg (in verband met eventueel spugen); 
  • iets voor u zelf om de tijd mee door te brengen (bijvoorbeeld een lees- of puzzelboek); 
  • gemakkelijk zittende kleding voor uzelf (vrouwen geen rok). Als ouder(s) draagt u namelijk, vanwege hygiënische maatregelen, op de operatiekamer een ‘overall’ over uw kleding.
  • uw kind kan na de operatie wat misselijk zijn van de narcose; 
  • ook kan uw kind de eerste dagen wat verhoging hebben. Een temperatuur tot 38.5°C is normaal. U mag hiervoor een zetpil (of tabletje) Paracetamol geven. De dosering is te vinden in de bijsluiter. Na twee dagen moet de temperatuur weer normaal zijn, anders moet u even contact met uw huisarts opnemen;
  • ook bij pijn mag u uw kind een Paracetamol zetpil of tabletje geven volgens bijsluiter; 
  • uw kind moet het de eerste tijd rustig aan doen. Vermijd zeker tot de controleafspraak bij de arts zware inspanningen zoals tillen, stoeien, duwen, sporten en fietsen; 
  • bij hoesten of persen kan uw kind de wond ondersteunen met de hand.

Het wondje van uw kind wordt in het algemeen met oplosbare hechtingen gesloten.

  • de pleister die na de operatie op de wond zit moet u 24 uur erop laten.
    Daarna doet u elke dag een schone pleister erop, bij voorkeur na het douchen; 
  • zorgt u er voor dat de wond schoon en droog blijft; 
  • zodra het wondje dicht is, hoeft er geen pleister meer op.

Uw kind mag een week niet in bad, omdat de hechtingen dan te snel oplossen. Douchen mag weer na één dag, maar gebruikt u lauw water en een zachte straal. Het wondgebied is namelijk nog pijnlijk.

Uw kind mag, als het zich goed voelt, na een week weer naar school. Het moet wel oppassen voor stoten. Laat uw kind daarom de eerste twee weken niet meedoen met de gymnastiekles.

  • laat uw kind het zeker op de dag van de operatie rustig aan doen. Het heeft namelijk narcose gehad en kan hiervan nog wat slap zijn; 
  • gedurende twee weken zware lichamelijke inspanning vermijden. Uw kind mag dus twee weken niet sporten, zwemmen of wilde spelletjes doen bij het buiten spelen. Dit verhoogt de kans op een nabloeding; 
  • laat uw kind de eerste twee weken ook niet in de zandbak spelen om te voorkomen dat er vuil in de wond komt.

Na de operatie mag uw kind weer gewoon eten en drinken.

Uw kind moet na de operatie nog een keer naar de arts voor controle. U krijgt hiervoor een afspraak mee. In sommige gevallen moet u hiervoor zelf een afspraak maken.

Bij een nabloeding of als u de wond niet vertrouwt, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met het ziekenhuis.

Maar belt u ook als uw kind twee dagen na de operatie nog koorts heeft (hoger dan 38.5°C). U belt dan het algemene nummer van het ziekenhuis: 088 -066 1000.

Buiten de kantooruren kunt u contact opnemen met de receptie van het ziekenhuis, eveneens nummer 088 - 066 1000.
De receptionist weet welke arts dienst heeft en zal hiermee contact opnemen.

Is met de informatie op deze pagina uw vraag beantwoord?
Wilt u ons helpen deze pagina te verbeteren?

Bedank voor het insturen van uw feedback