Omdat uw baby geel ziet, is besloten om fototherapie (= lichtbehandeling) toe te passen. Hieronder kunt u meer lezen over deze behandeling.

Bijna de helft van de kinderen is op de 2e of 3e dag na de geboorte geel. Dat is normaal. Het bloed bevat namelijk rode bloedlichaampjes die afsterven. Daarbij komt een gele galkleurstof (=bilirubine) vrij. De lever zet deze stof om in wateroplosbare bilirubine. Daarna verlaat de gele kleurstof het lichaam via de urine en de ontlasting.
De volgende situaties kunnen ertoe leiden dat de hoeveelheid bilirubine in het bloed te groot wordt: 

  • de lever is nog niet helemaal volgroeid. Dit kan bij te vroeg geboren baby’s voorkomen; 
  • het aanbod bilirubine is te groot: de lever kan dit niet snel genoeg verwerken. Dit komt bijvoorbeeld voor als sprake is van een bloeduitstorting op het hoofdje na een vacuümverlossing. Er zijn dan meer afgebroken bloedcellen, dus er is ook meer bilirubine; 
  • de werking van de lever komt traag op gang; 
  • er is een infectie waardoor de afbraak aan rode bloedlichaampjes verhoogd is; 
  • bloedgroep tussen moeder en kind (bijvoorbeeld rhesusantagonisme) verschillen; 
  • het aantal rode bloedlichaampjes is hoog, waardoor een verhoogde afbraak van rode bloedlichaampjes optreedt.

Op een aantal manieren is vast te stellen dat de hoeveelheid bilirubine in het bloed (te) hoog is. Bilirubine verspreidt zich via het bloed naar onder andere de huid en de oogjes. Een eerste signaal is dan ook vaak het geel zien van de huid en het oogwit. Verder krijgen de urine en de ontlasting vaak een donkergele kleur.

Bij het afnemen van wat bloed via een prikje in de hiel is precies vast te stellen hoe hoog het bilirubinegehalte is.
De kinderarts heeft met u overlegd over de mogelijkheid om de hoeveelheid bilirubine door middel van fototherapie terug te brengen. Bij de keuze voor deze behandeling speelt niet alleen het bilirubinegehalte een rol, maar ook de zwangerschapsduur, het aantal levensdagen en het gewicht van de baby.

Een te hoog bilirubinegehalte kan schadelijk zijn voor de hersenen.

Boven het wiegje of de couveuse worden een of twee fototherapielampen (blauwe lampen) geplaatst. Deze “blauwe lamp” breekt de gele kleurstof in de huid af, waardoor het wateroplosbaar wordt. De gele kleurstof kan dan weer normaal via de urine en de ontlasting het lichaam verlaten. De lamp helpt dus als het ware de lever. Tijdens de behandeling zal de baby vaak donkere urine hebben en kan de ontlasting wat dun zijn.

De blauwe lamp helpt de lever totdat deze voldoende is ontwikkeld om zelf bilirubine af te breken. Dat duurt in ieder geval 24 uur en kan oplopen tot een aantal dagen.
De duur van de fototherapie wordt bepaald door de waarde van het bilirubinegehalte in het bloed. Iedere dag wordt daarom bloed van uw kind afgenomen om het bilirubine- gehalte te meten. Aan de hand van de meetuitslag wordt duidelijk hoe snel het teveel aan bilirubine afneemt en beoordeelt de kinderarts hoelang uw kind fototherapie krijgt.

Om een zo groot mogelijk huidoppervlak te kunnen beschijnen, heeft de baby alleen een luier om als het onder de blauwe lamp ligt. Een verpleegkundige meet regelmatig de lichaamstemperatuur. Mocht deze te laag zijn, dan wordt een warmtelamp geplaatst.
Een aantal keren per dag mag de lamp even uit. U kunt uw kind dan even op schoot nemen of verzorgen. Wij vragen u deze momenten het liefst zo kort mogelijk te houden.
Smeert u geen vette producten zoals babylotion/crème, badolie of vaseline op de huid van uw kind. Deze producten vergroten het risico van verbranding van de huid. Als uw kind onder de “blauwe lamp” ligt, heeft het een stoffenbrilletje op. Dit is om de oogjes tegen het felle licht te beschermen.

Extra vochttoediening is bij fototherapie belangrijk. Dit is omdat uw kind onder invloed van het ultraviolette licht meer vocht verdampt en omdat extra vocht de afvoer van de bilirubine bevordert.
Als uw kind slecht drinkt (omdat het sloom reageert of in slaap valt tijdens de voeding) is het soms nodig een maagsonde in te brengen via de neus. De voeding wordt dan via deze maagsonde toegediend. Dit is tijdelijk. Soms is het nodig uw kind extra vocht te geven. Dit gaat dan via een infuus waardoor het vocht via de bloedbaan kan worden toegediend.

Mocht u naar aanleiding van deze folder nog vragen hebben dan kunt u terecht bij de verpleegkundige of behandelend arts.


Is met de informatie op deze pagina uw vraag beantwoord?
Wilt u ons helpen deze pagina te verbeteren?

Bedank voor het insturen van uw feedback