Uw partner, familielid is in ons ziekenhuis opgenomen. Zoals u waarschijnlijk heeft gemerkt, reageert hij/zij1 niet zoals u gewend bent. Het is vaak moeilijk om met iemand om te gaan die in de war is. Misschien helpt het als u weet waardoor deze acute verwardheid ontstaat en wat u kunt doen als u op bezoek komt.

Een acute verwardheid, door de arts ‘delier’ genoemd, kan veel lichamelijke oorzaken hebben. Mogelijke oorzaken zijn ‘grote’ operaties, ziekten aan het hart of de longen, ontstekingen, hormoon- of stofwisselingsproblemen. Ook een ongeluk, medicijngebruik, angst, verandering van omgeving of te weinig slaap kan bijdragen aan het ontstaan van acute verwardheid. Verder is er een grotere kans op acute verwardheid naarmate iemand ouder wordt en een minder goede conditie heeft.

Acute verwardheid is tijdelijk en verdwijnt na enkele uren of dagen. Soms duurt acute verwardheid langer, afhankelijk van de oorzaak. In tegenstelling tot chronische verwardheid die vaak al voor de ziekenhuisopname bestond, gaat acute verwardheid weer over. U kunt bij chronische verwardheid denken aan dementie. In het geval van acute verwardheid hoeft dit niet zo te zijn.


Uw familielid is minder helder en kan trager reageren. Het lijkt alsof de dingen langs hem heengaan. U hebt net iets verteld en na korte tijd is hij het weer vergeten. Dit gebeurt niet bewust. Het kan zijn dat uw familielid niet zo goed meer weet waar hij is. Dit kan angst veroorzaken. Reacties op angst kunnen zijn: achterdocht, boosheid of juist stil te worden.

Ook kan het zo zijn dat hij ‘dingen’ hoort of ziet die voor hem echt zijn, terwijl u dit niet hoort of ziet.

Andere verschijnselen zijn: onrustig zijn, aan de lakens plukken, uit bed willen stappen terwijl dit niet kan.
De arts probeert de oorzaak van de acute verwardheid op te sporen en deze te behandelen. De verpleegkundige kan voorstellen uw familielid naar een rustige omgeving over te brengen. De verpleegkundige zal rustig en duidelijk praten om ervoor te zorgen dat uw familielid minder angstig wordt.

Soms zijn medicijnen nodig om de verschijnselen van acute verwardheid te verminderen of is het nodig de patiënt te beschermen met behulp van fixatiematerialen. Dit gebeurt om te voorkomen dat hij uit bed valt of zichzelf schade toebrengt. De arts of verpleegkundige bespreekt met u het gebruik van deze materialen.

De arts en de verpleegkundige kunnen altijd advies vragen aan het geriatrieteam van het ziekenhuis. Met elkaar bespreken zij dan hoe de acute verwardheid verminderd kan worden.


  • Neem bekende spulletjes van thuis mee zoals foto’s, klokje, boek, want bekende spullen worden herkend. Een vertrouwde foto waarop belangrijke personen of familieleden staan afgebeeld, geeft veiligheid en steun;
  • Plaats een klok en/of kalender binnen het gezichtsveld van uw partner of familielid zodat hij zich kan oriënteren op het tijdstip van de dag;
  • Als u binnenkomt, zeg dan wie u bent, waarom u komt, waarom u blijft en herhaal dit zo nodig;
  • Vertel aan uw partner of familielid dat hij een helder moment heeft, dat hij in het ziekenhuis is en lichamelijk ziek is, waardoor hij angstig en in de war is. Leg uit dat dit tijdelijk is en overgaat;
  • Houd uw zinnen kort en praat rustig. Stel eenvoudige vragen, die met ja of nee te beantwoorden zijn, zoals “Heb je lekker gegeten?”;
  • Vraag in één zin niet naar verschillende dingen tegelijk. Uw partner of familielid kan u dan niet volgen en kan hierdoor onrustig worden;
  • Beperk het bezoek tot 1 of 2 personen per keer. Te lang bezoek maakt moe. Misschien kan bezoek wat vaker komen. Bekende gezichten geven rust.
  • Naast uw partner of familielid zitten en zijn hand vasthouden kan al veel steun geven;
  • In overleg met de verpleegkundige is ook bezoek buiten de reguliere bezoektijden mogelijk;
  • Ga aan één kant van het bed zitten, zodat uw partner of familielid zich op één punt kan richten;
  • Let op dat bril, hoorapparaat en horloge ook gebruikt worden;
  • Het is beter niet mee te gaan in de verhalen of de dingen die uw partner of familielid ziet of hoort, maar die er niet zijn. Spreek niet tegen, maar zeg bijvoorbeeld “Ik begrijp dat u … ziet of hoort maar ik zie of hoor het niet.” Soms helpt afleiden met verhalen over bestaande personen of echte gebeurtenissen;
  • Neem de krant of wat tijdschriften mee om uw partner of familielid bij het hier en nu te betrekken;
  • Neem kleding, goede schoenen en een eventueel loophulpmiddel mee, voorzien van naam. Het is voor uw partner of familielid goed om als het enigszins mogelijk is overdag zoveel mogelijk op te zijn en te bewegen;
  • Zorg dat uw partner of familielid voldoende eet en drinkt. Dit bevordert het herstel van het delier. Overleg met de verpleging of u eventueel etenswaren/drinken mee kan brengen die uw partner of familielid lekker vindt;
  • Houd in een agenda of dagboek bij wie er op bezoek is geweest, wie de was mee heeft genomen of wanneer er een onderzoek is. Zo houdt u voor uw partner of familielid overzicht. De verpleegkundige die uw partner of familielid verzorgt, kan hierover dan ook met uw partner of familielid praten tijdens de momenten van verpleging en verzorging;
  • Zeg wanneer u weggaat, wanneer u terugkomt of wie er na u op bezoek komt;
  • Mocht u vragen hebben stelt u deze gerust aan de verpleegkundige die uw familielid verzorgt.

Ieder mens is anders en heeft een eigen benaderingswijze nodig. Belangrijk is dat we samenwerken om het verblijf voor uw familielid zo prettig mogelijk te maken.

Het kan zijn dat uw partner, familielid thuis een tijdje last houdt van het delier, bijvoorbeeld dat uw partner, familielid wat meer moeite heeft met de concentratie. Dit kan een paar weken aanhouden.

Ook kan het zijn, dat uw partner, familielid angstige of nare gevoelens heeft overgehouden aan de periode van het delier.


Direct na ontslag uit het ziekenhuis mag u tijdens kantooruren altijd contact opnemen met onze consulenten Geriatrie.

Mochten er vragen zijn over de problemen met het geheugen die blijven bestaan, neemt u dan contact op met de huisarts van uw partner, familielid. Via de huisarts kan eventueel een afspraak gemaakt worden op de polikliniek Ouderengeneeskunde/Geriatrie of de Geheugenpoli van ons ziekenhuis om de gevolgen van het delier met uw partner, familielid en u te bespreken en/of uit te zoeken. Ook als uw partner, familielid last houdt van angst of nare herinneringen is het goed om dit met de huisarts van uw partner, familielid te bepreken. De mogelijkheid bestaat om voor deze klachten via de polikliniek Ouderengeneeskunde/Geriatrie of de Geheugenpoli van ons ziekenhuis te worden begeleid.
  • Wanneer uw partner, familielid een delier heeft gehad, is er een grotere kans op een nieuw delier, bijvoorbeeld bij ziekte, een ziekenhuisopname of een operatie.
  • Bij iedere opname in het ziekenhuis is het daarom belangrijk om te zeggen, dat uw partner, familielid eerder een delier heeft gehad. De arts en het verpleegkundig team kunnen dan maatregelen nemen om een delier te voorkomen. Helaas is het niet altijd te voorkomen dat er een delier ontstaat. Maar mogelijk kunnen we er wel voor zorgen, dat het delier minder ernstig wordt.
  • Het optreden van een delier kan ook een eerste teken van een lichamelijke ontregeling of een ziekte zijn. Meld daarom het ontstaan van een delier bij de huisarts van uw partner, familielid.
Als u na het lezen van bovenstaande informatie nog vragen heeft, dan kunt u deze stellen aan de verpleegkundige of de behandelend specialist.
Ook kunt u terecht bij de verpleegkundig specialist en de verpleegkundig consulenten van het geriatrieteam. U kunt het geriatrieteam bereiken via het algemeen nummer van het ziekenhuis.

Is uw partner, familielid thuis en heeft u nog vragen omtrent het delier, dan kunt u deze het beste bespreken met uw huisarts. De huisarts kan contact opnemen met de verpleegkundig specialist van de polikliniek Ouderengeneeskunde/Geriatrie of de Geheugenpoli.

Meer informatie en uitleg over de aandoening delier kunt u vinden op www.delirant.info. Deze website van het UMCG is gericht op patiënten die zijn opgenomen in een algemeen ziekenhuis.


Is met de informatie op deze pagina uw vraag beantwoord?
Wilt u ons helpen deze pagina te verbeteren?

Bedank voor het insturen van uw feedback