We moeten goed weten wat er met je aan de hand is. Dan kunnen we je het beste helpen. Soms moeten we daarom een onderzoek doen. Bijvoorbeeld een hersenonderzoek. Wij noemen dat een E.E.G.

We gaan natúúrlijk niet je hoofd openmaken om te kijken wat erin zit. We doen iets heel anders. We vóelen wat er in je hoofd gebeurt. Een apparaat kan dat. Die voelt het kleine beetje elektriciteit dat in je hoofd zit. Iedereen heeft dit soort kleine stroompjes in het hoofd.

Dit onderzoek doet geen pijn. Je krijgt wel 25 snoertjes op je hoofd geplakt. Dat is een heel gedoe. Het duurt ook best lang om ze allemaal op je hoofd te plakken.

Je mag geen gel of haarlak of iets anders in je haren doen. Dan plakken de snoertjes namelijk niet goed.

Je knuffel mag mee. En je vader, moeder, of iemand anders die je graag bij je wilt hebben.

Het onderzoek duurt drie kwartier tot een uur. Als de snoertjes op je hoofd zijn geplakt, duurt het onderzoek 20 minuten.

Het gaat zo:

Dit is het apparaat. Jij ligt straks op dit bed. Op die stoel zit je vader, moeder of iemand anders die jij er graag bij wilt hebben.

1/13

Nu gaat het wriemelgebeuren beginnen. Dit kriebelt een beetje.

We maken eerst de plekjes waar de snoertjes komen, vetvrij. Dat doen we met een korreltjescrème. Dat is belangrijk, want anders plakt het niet goed.

2/13

Nu gaan we de snoertjes erop plakken. De kant met het dopje (elektrode) komt op je hoofd. Aan de andere kant zit een gekleurd stekkertje. Die stekkertjes zitten aan het apparaat vast. 

3/13

We plakken het dopje op je hoofd met een beetje lijm. De lijm lijkt een beetje op boter.

4/13

Je krijgt in totaal 25 dopjes (elektrodes) op je hoofd. En één op je linkerhand, en nóg een op je rechterhand.

5/13

Zo, he he. Alle dopjes (elektrodes) zitten erop. Nu komt het belangrijkste: stil blijven liggen (anders gaan de dopjes los).

Wij gaan iets verderop zitten, achter een raam. Je vader of moeder en je knuffel blijven bij je.

Terwijl jij zo stil mogelijk ligt, voelt het apparaat nu de stroompjes in je hoofd.

6/13

Door het raam kunnen we je zien. En jij kan ons zien. De deur staat open, dus je kunt gewoon met ons praten. 

We kunnen je ook een mop vertellen. Alleen doen we dat niet, want je moet stil liggen en niet schudden van het lachen. En je mag ook niet dansen. Het is best saai eigenlijk.

7/13

Terwijl jij daar lekker stil ligt te liggen, kijken wij op een computerscherm.

Op dat scherm zien we dit soort wiebelstreepjes.

8/13

Dan maken we de kamer een beetje donker.

9/13

Na een tijdje vertellen we dat we een flitslamp aanzetten. Dat is het discolicht. We zeggen ook of je je ogen dicht moet doen of niet.

De flitsen duren een paar minuten. Als het geflits klaar is, is het onderzoek ook bijna klaar. Bijna. Nog niet bewegen.

10/13

Eerst moet je ook nog heel diep inademen en uitademen. 

Wel 3 minuten als jou dit lukt! 

Je kunt ook tegen een windmolen aanblazen. Dit helpt je met jouw ademen. 

11/13

Ja, het onderzoek is gelukt! Je mag weer gekke bekken trekken.

Nu halen we de dopjes weer van je hoofd. En de crème en de lijm wassen we eraf met een nat washandje.

Je haren kunnen nog wel een beetje plakkerig voelen. Thuis moet je daarom goed je haren wassen als je gaat douchen.

12/13

Klaar!

Goed gedaan hoor.

13/13