De blaas


De blaas is een hol orgaan, een soort zak die dient om de urine op te vangen. Dit orgaan ligt onder in het midden van de buik. De nieren produceren urine die via de urineleiders in de blaas terechtkomt. De urine wordt uitgeplast via de plasbuis.

De nieren, urineleiders, blaas en plasbuis vormen samen de urinewegen.

De wand van de blaas bestaat uit verschillende lagen:

  • de binnenzijde van de blaas is bekleed met slijmvlies. Dit vlies zorgt er voor dat de afbraakproducten die zich in de urine bevinden niet opnieuw in de bloedbaan terechtkomen
  • de buitenzijde bestaat uit de blaasspier, een vetlaagje en enkele lymfevaten

Blaaskanker

Kanker is een ziekte waarbij lichaamscellen zich ongecontroleerd delen. Zo ontstaan gezwellen die ook wel “tumoren” worden genoemd. Deze kankergezwellen zijn kwaadaardig. Dit wil zeggen dat de tumor blijft groeien en omliggende weefsels en organen binnendringt en beschadigt. Bovendien kunnen kankercellen loslaten en via bloed of lymfevocht ergens anders in het lichaam terecht komen en daar uitgroeien tot nieuwe tumoren (dit noemen we dan uitzaaiingen). Uitzaaiingen kunnen ontstaan in de longen, lever, lymfeklieren en in de botten.

Blaaskanker is, evenals alle andere soorten kanker, niet besmettelijk. Ook de urine van iemand met blaaskanker vormt geen risico. Blaaskanker is een tumor die ontstaat in de blaaswand. In ruim 90% van de gevallen ontstaat de tumor vanuit het slijmvlies waarmee de binnenkant van de blaas is bekleed. Maar ook op andere plaatsen in de urinewegen kunnen tumoren voorkomen.

Soorten blaastumoren

Er zijn verschillende soorten blaastumoren te onderscheiden, namelijk de niet-spierinvasieve tumoren en de spierinvasieve tumoren:

  • de niet-spierinvasieve (“oppervlakkig’) tumor is een afwijking die bestaat uit kwaadaardige cellen die zich alleen in het slijmvlies verspreiden. Deze zullen zelden uitzaaien. Wel kunnen deze tumoren vaak terugkomen in andere delen van de blaas.
  • spierinvasieve tumoren verspreiden zich van de binnenste laag van de urineblaas, naar de buitenste spierlaag. Zij kunnen zich vervolgens verspreiden in de omliggende organen zoals de prostaat bij de man of de baarmoeder bij de vrouw.

Blaaskanker is de vijfde meest voorkomende kanker bij mannen. Blaaskanker komt ruim drie keer meer voor bij mannen dan bij vrouwen. Blaaskanker kan op elke leeftijd voorkomen, maar het treft meestal mensen van boven de 60 jaar. Het aantal mensen in Nederland met blaaskanker neemt toe.

Oorzaken en risicofactoren

Het is (nog) niet duidelijk wat de oorzaak is van blaaskanker. Wel is uit onderzoek gebleken dat onder andere de volgende factoren meer risico geven op blaaskanker:

  • roken
    Bij 30 à 40% van de patiënten met blaaskanker is roken de oorzaak van het ontstaan van hun ziekte. Rokers hebben ongeveer drie tot vijf keer zoveel risico op blaaskanker dan niet-rokers.
  • chronische blaasaandoening
    Veel voorkomende blaasaandoeningen zijn blaasstenen en blaasontsteking. Blaasstenen ontstaan in de nieren. Blaasontstekingen kunnen worden veroorzaakt door onvoldoende drinken/plassen, agressieve bacteriën, verminderde weerstand en seksueel contact.
  • chemische stoffen
    Bepaalde chemische stoffen kunnen ook een rol spelen bij het ontstaan van blaaskanker. Blootstelling aan deze stoffen was vroeger mogelijk in het kader van de beroepsactiviteit (bijvoorbeeld door textiel-, plastic-, kleurstoffen- en rubberindustrie).

In bovengenoemde oorzaken gaat het om schadelijke stoffen die via het bloed en de nieren in de urine terechtkomen. In de blaas krijgen deze schadelijke stoffen de kans om in te werken op de blaaswand, die daardoor geïrriteerd kan raken. Waarschijnlijk speelt deze irritatie een rol bij het ontstaan van blaaskanker.
Daarnaast is er nog een mogelijkheid dat er sprake is van:

  • erfelijke aanleg
    In bepaalde families komt blaaskanker vaker voor. Van de erfelijke aanleg kan sprake zijn als bij twee familieleden in de eerste lijn blaaskanker is vastgesteld (vader, moeder, broer of zus). Als dit voor u geldt, bespreek dit dan met uw arts. Deze kan u adviseren over erfelijkheidsonderzoek.

Klachten en symptomen bij blaaskanker

Blaaskanker geeft in het beginstadium vrijwel geen klachten. Daardoor is het vaak moeilijk de ziekte in een vroeg stadium vast te stellen. Verschijnselen die zouden kunnen duiden op blaaskanker zijn:

  • bloed in de urine (meestal zonder pijn en als er pijn is, is het niet constant, het bloed is slechts af en toe aanwezig);
  • pijn bij het plassen (een branderig gevoel, moeilijk plassen);
  • vaak moeten plassen (irritatie van de blaaswand zorgt voor meer aandrang om te plassen);
  • buikpijnklachten.

Deze klachten/symptomen wijzen niet zonder meer op blaaskanker. Maar als u een combinatie van klachten heeft, is het verstandig naar uw huisarts te gaan. Zeker als er bloed in uw urine zit, is verder onderzoek naar de oorzaak ervan belangrijk.

Stellen van diagnose bij blaaskanker

Om de diagnose blaaskanker te kunnen stellen, zijn verschillende onderzoeken nodig. Niet iedereen heeft dezelfde voorgeschiedenis en klachten. Daarom doorloopt u een individueel onderzoekstraject. De uroloog bespreekt met u welke onderzoeken in uw situatie nodig zijn.

Vooruitzichten

De vooruitzichten zijn afhankelijk van het stadium van de blaaskanker en soort blaaskanker. Bij oppervlakkige blaaskanker is met de juiste behandeling de kans op genezen goed. Minder goed zijn de vooruitzichten bij een spierinvasief groeiende blaaskanker

Over het algemeen geldt, dat hoe eerder de diagnose gesteld wordt, hoe groter de kans op een succesvolle behandeling.

Is met de informatie op deze pagina uw vraag beantwoord?
Wilt u ons helpen deze pagina te verbeteren?

Bedank voor het insturen van uw feedback